Aantal Mbo-studenten per actief leerbedrijf, naar arbeidsmarktregio
Een belangrijk deel van de mbo-opleidingen bestaat uit werken en leren in de praktijk, de zogenaamde beroepspraktijkvorming of bpv. Daarin onderscheiden we stages (bol) en leerbanen (bbl).
De bpv telt drie fases:
· Matching en voorbereiding
· Begeleiding
· Beoordeling
In sectorkamers maken onderwijs en bedrijfsleven sectorspecifieke afspraken over de uitvoering van de wettelijke taken:
· erkennen en begeleiden van leerbedrijven
· onderhouden van de mbo-kwalificatiestructuur
· verzorgen van informatie over de arbeidsmarkt, beroepspraktijkvorming (stages en leerbanen) en de doelmatigheid van het opleidingsaanbod
Via marktsegmenten komen belangrijke invloeden en ontwikkelingen van de sectorale achterban op de agenda van de sectorkamers. De vertegenwoordiger van de sectorkamer haalt informatie op uit het marktsegment en doet voorstellen in de sectorkamer. Marktsegmenten handelen onder verantwoordelijkheid van de sectorkamer en staan los van het bestuur van SBB. Het SBB-bestuur benoemt geen leden.
MBO-opleidingen worden aangeboden in twee varianten:
de beroepsopleidende leerweg (BOL): de leerling brengt minimaal 20% en maximaal 60% van zijn opleiding door in de beroepspraktijk. Dat gedeelte wordt stage genoemd
de beroepsbegeleidende leerweg (BBL): de leerling brengt minimaal 60% van zijn opleiding door in de beroepspraktijk. Dat gedeelte wordt leer(werk)baan genoemd.
Bron SBB
Deze visualisatie wordt gebruikt in de volgende artikelen: